Door de oorlog tussen Rusland en Oekraïne neemt de agrarische productie in Oekraïne af. Boeren vechten aan het front of kunnen niet meer werken op hun boerderij vanwege de oorlog. Ook vervoer en export van grondstoffen en voedingsmiddelen is lastiger door handelsbelemmeringen en afsluitingen van bijvoorbeeld de Zee van Azov. Om tekorten van grondstoffen en voedingsmiddelen en hoge prijzen te voorkomen, heeft het Europees Parlement een resolutie aangenomen die oproept tot een actieplan.
Europees actieplan
Volgens het actieplan moet er meer voedselhulp verleend worden aan Oekraïne, zowel vanuit de Europese Unie als daarbuiten. Ook moet de Europese Unie volgens het plan voedselcorridors van en naar Oekraïne openen nu de Zwarte Zeehavens gesloten zijn. Daarnaast wil het Europees Parlement zaaigoed en meststoffen leveren aan Oekraïne om nieuwe oogsten te bevorderen.
‘Meer problemen voor zijn’
De prijzen voor voedingsmiddelen stijgen als gevolg van de oorlog. De Europarlementariërs vinden dat de Europese Commissie nu moet gaan schakelen om meer problemen voor te zijn. Volgens de Europarlementariërs is import van voedingsmiddelen vanuit meerdere derde landen nodig en moet de overschakeling op alternatieve organische bronnen van voedingsstoffen voor de Europese landbouw gestimuleerd worden. Ook moet de Europese Commissie op korte termijn kijken hoe de hoge meststofprijzen voor boeren opgevangen kunnen worden.
‘Voedselproductie moet omhoog’
De Europarlementariërs willen dat de landbouwproductie in de Europese Unie omhoog gaat nu er door de oorlog minder voedsel kan worden ingevoerd. Daarnaast willen ze dat landbouwgrond enkel gebruikt kan worden voor de productie van voedsel en diervoer. Volgens de Europarlementariërs moet braakliggende grond dit jaar zo snel mogelijk worden gebruikt voor het verbouwen van eiwithoudende gewassen zoals tarwe en graan. Ook moeten sectoren die zwaar geraakt zijn steun krijgen volgens het Europees Parlement. Europese landen moeten snelle en flexibele staatssteun kunnen geven aan getroffen bedrijven.
‘Crisis gebruiken voor ondermijning strategieën’
Nederlandse Europarlementariërs reageren verschillend op de maatregelen. Mohammed Chahim (PvdA): “Ik wil allereerst benadrukken dat de Europese Green Deal en de onderliggende strategieën ons voedselsysteem in Europa op de lange termijn veerkrachtiger zullen maken. En daarom ben ik een beetje verbaasd over de poging van het Europees Parlement om deze crisis te gebruiken om de Europese Green Deal, de Farm-to-fork-strategie en de biodiversiteitsstrategie te ondermijnen en uit te stellen. We moeten op koers blijven om de doelen te bereiken die we in de Europese Green Deal hebben gesteld.”
Voedselproductie veerkrachtiger
Wel benadrukt Chahim dat flexibiliteit noodzakelijk is. “We hebben in het licht van de huidige crisis meer flexibiliteit nodig om de voedselvoorziening en voedselzekerheid in en buiten Europa te waarborgen. En ik sta volledig achter de bereidheid van de EU om derde landen te helpen wanneer dat nodig is. Veel landen, vooral in Afrika, zijn grotendeels afhankelijk van landbouwproducten zoals tarwe uit Rusland en Oekraïne. Door hen te ondersteunen en onze kennis en expertise met andere landen te delen, kan hun voedselproductie veerkrachtiger worden en hun afhankelijkheid van Rusland en Oekraïne verminderen.”
Duurzaamheid leidt onder oorlog
Ook Anja Hazekamp (PvdD) vindt dat duurzaamheid niet mag leiden onder de oorlog. “Natuur is onmisbaar voor onze voedselvoorziening. Het is tegenstrijdig en onverantwoord dat de Europese Commissie juist deze onmisbare natuur slachtoffert onder het mom van voedselzekerheid. Opnieuw pompt de Commissie miljoenen euro’s in de vee-industrie. Gebieden die bedoeld zijn om natuur te herstellen, wil ze volplanten met veevoer. De klimaat- en biodiversiteitcrises wachten niet tot Rusland de wapens neerlegt. Je helpt de voedselproductie niet door deze minder duurzaam te maken. Europa zou zich nu juist moeten richten op het inkrimpen van de vee-industrie en op duurzame voedselproductie rechtstreeks voor mensen. Alleen dan bereik je echte voedselzekerheid.”
‘Vrede, voldoende voedsel en innovatie’
Annie Schreijer-Pierik (CDA) is voorstander van de maatregelen en is het daarmee oneens met haar collega’s. “De boer-tot-bordstrategie en de biodiversiteitsstrategie ondermijnen de voedselproductie. Deze moeten snel de ijskast in. De doelstellingen ervan moeten heroverwogen worden. Het is tijd om de voedselproductie in onze Europese landen op te voeren. We moeten nu onze boeren, tuinders en vissers steunen om dit te realiseren. Tot slot moet Europa er alles aan doen om het huidige zaad- en pootgoedseizoen in Oekraïne te redden, zoals de Oekraïense minister van Landbouw ons gevraagd heeft. Europa is vrede, voldoende voedsel, maar ook innovatie. Laten we aan het werk gaan.”
Voedselzekerheid centraal
“Dit is een helder signaal van het Europees Parlement: voedselzekerheid moet opnieuw centraal worden gesteld in het EU-beleid. Wij moeten dreigende hongersnoden voorkomen. Door de oorlog in Oekraïne is echt álles veranderd; daarom moeten zowel de bestaande wetgeving alsook de tenuitvoerlegging van de Green Deal kritisch tegen het licht worden gehouden.”
‘Tijd van schaarste’
Eerder al vertelde Bert-Jan Ruissen, lid van het Europees Parlement (SGP), aan VMT dat de Farm To Fork strategie opnieuw tegen het licht gehouden moet worden al gevolg van de oorlog in Oekraïne. “De Europese Unie moet anders gaan denken: de landbouw is geen sta-in-de-weg, maar een cruciale leverancier”, vertelde Ruissen aan VMT. “Deze tijd van dreigende schaarste is niet het moment om 25 procent van ons areaal te bestemmen voor biologische landbouw. Een vraagteken zet ik ook bij een doel als 50 procent minder gewasbeschermingsmiddelen: zonder de middelen krijgen plantenziektes vrij spel en is er minder te oogsten.”
Doelen geen verplichting
De Europarlementariër vindt dat de Farm To Fork strategie nu op een lager pitje moet. “De Farm To Fork doelen lijken lovenswaardig, maar nu is niet het moment. Het zou toch erg egoïstisch zijn dat mensen in Egypte hun brood niet kunnen betalen terwijl wij hier onze voedselproductie verlagen”, stelt Ruissen. De doelen in de Farm To Fork strategie moeten dan ook geen verplichting worden volgens de Europarlementariër. “De doelen moeten voorlopig streefdoelen worden, zonder bindende verplichtingen voor landen of de boeren.”