Als een leverancier je opzettelijk probeert te misleiden over de samenstelling van voeding met als doel er financieel beter van te worden, is er sprake van fraude. Manieren om inkopers en consumenten te misleiden zijn voorbeeld: vervanging van een ingrediënt door een goedkoper ingrediënt, verdunning van een vloeistof, het verbergen of namaken van een ingrediënt óf product of onjuiste informatie op het etiket.
Kortom: fraudeurs verkopen opzettelijk een ander of aangepast product, met vaak goedkopere ingrediënten om er financieel van te profiteren.
Risicoproducten
Er zijn bepaalde voedingsproducten met meer risico op fraude. Het gaan dan zoal om:
- Zuivel
- Vlees
- Vis
- Honing
- Olijfolie
- Plantaardige oliën
- (Alcoholische) dranken
- Fruit- en groentesappen
- Kruiden en specerijen
Een risico uit onverwachte hoek
Fraude komt soms uit onverwachte hoek. Onlangs waren veel partijen sesamzaad uit India verontreinigd met ethyleenoxide. Een recall volgde. “Alle ogen waren gericht op het sesamzaad uit India”, vertelt Van der Moolen. “Daarmee was er minder toezicht op sesamzaad dat ergens anders vandaan kwam. Het financiële belang kan maken dat eigenaren van onverkoopbare sesamzaadpartijen het tóch via via proberen te verkopen. Óf hij verkoopt het aan een inkoper elders in de wereld en vanuit daar wordt het doorverkocht aan Europa, waarbij dan niet vermeld wordt dat het sesamzaad oorspronkelijk uit India komt.”
Hij vervolgt: “Er was ineens een extra frauderisico op sesamzaad uit de hele wereld en óók op alle producten waarin sesamzaad is verwerkt. Een mooi voorbeeld van een frauderisico dat je op het eerste oog niet als risico zou classificeren.”
Extra risico’s in coronatijd
Ook de coronatijd werkt fraude in de hand. “Minder inspecties betekent minder zicht op de praktijk. Bedrijven leefden de coronamaatregelen na en ontvingen zo min mogelijk mensen over de vloer. En bedrijven – inclusief de QA-afdeling - hadden hun handen vol aan het beheersen van de risico’s rond COVID-19. Begrijpelijk, maar als we met z’n allen één kant op kijken kan er via de achterdeur van alles gebeuren.”
“Veel bedrijven moesten ook switchen van leverancier, omdat de vaste leverancier tijdelijk niet kon leveren. Of omdat de vaste leverancier in financiële nood kwam en de grenzen opzoekt van de integriteit. Heb je het in de gaten als een leverancier goedkopere grondstoffen inkoopt of iets minder kwaliteitscontroles uitvoert? Als je het de leverancier vraagt, zal hij altijd zeggen dat het goed zit”, vertelt Van der Moolen. “En het kan zeker ook zo zijn dat de leverancier het niet doorheeft als er eerder in de keten iets is gebeurd.”
Voedselfraudepreventie: 4 tips
Het lijkt dus verstandig om kritisch te zijn en extra aandacht te besteden aan voedselfraudepreventie. Wat kunnen producenten en retailers doen om gesjoemel met de herkomst of kwaliteit van grondstoffen en producten te voorkomen? Van der Moolen deelt 4 tips.
- Vergroot je kennis over voedselfraude. “Daarmee vergroot je het bewustzijn van wat er kan gebeuren en hoe fraudeurs te werk gaan, bijvoorbeeld via online webinars, nieuwsbrieven of trainingen.”
- Voer een vulnerability assessment uit. Tijdens zo’n risicoanalyse neem je jouw grondstoffen onder de loep, en beoordeel je of er nieuwe risico’s zijn ontstaan. “Wat weet je van het land van herkomst? Wat doe je als een grondstof niet meer voorradig blijkt te zijn? Als je switcht van leverancier moeten er mogelijk ook andere beheersmaatregelen genomen worden. En vergeet niet om de beheersmaatregelen die je uitvoert, vast te leggen.”
- Staaf de kwaliteit en herkomst die de leverancier belooft met audits en testen. “Waar haalt de leverancier zijn grondstoffen vandaan? Wat weet de leverancier van de keten: kent hij het hele ketenproces, of heeft hij alléén informatie van zijn directe leverancier? Welke beheersmaatregelen heeft hij uitgevoerd? Hoe langer de keten, hoe moeilijker vaak te traceren is bij welke boer de grondstof vandaan komt. Dan is ook het risico op fraude groter. Je kunt bij risicoproducten daarom ook analyses laten uitvoeren om de geografische origine van een product te laten vaststellen. Zo kan je controleren of het land van origine overeenkomt met het land dat in de documenten staat van de leverancier.”
- Risico’s opnieuw beoordelen. De frauderisico’s zijn tijdens en na de coronatijd dus hoger. “Ik adviseer daarom om in bijzondere situaties als deze opnieuw te beoordelen waar in de huidige situatie de risico’s liggen. Dat kan anders zijn dan voorheen. Bijvoorbeeld als je producten inkoopt uit een land dat de grenzen had gesloten. Hoe kan het dat de leverancier nog aan deze producten komt?”, vertelt Van der Moolen.
Origine en eigenschappen toetsen
Veel soorten fraude laten zich dus opsporen aan de hand van analyses in het lab. Zo is het mogelijk om paardenvlees te detecteren of zelfs – aan de hand van een DNA-database – vast te stellen van welke individuele koe een biefstuk komt. Van der Moolen: “Ook van plantaardige producten, zoals specerijen en basmatirijst, kunnen wij beoordelen of deze zuiver zijn.”
“Verder testen we vaak de kwaliteit van koffie, de herkomst van extra vergine olijfolie of de authenticiteit van vruchtensap. We analyseren dan of er geen zonnebloemolie met een kleurtje door de olijfolie is gemengd, of er geen chemisch citroenzuur is toegevoegd aan vruchtensap terwijl er natuurlijk citroenzuur is beloofd en welke vruchten zijn gebruikt. We kunnen ook herleiden of kruiden daadwerkelijk uit Vietnam komen. Waanzinnig wat er allemaal mogelijk is!”
Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Eurofins.