Dit blijkt uit nieuw onderzoek gepubliceerd in Environmental Science & Technology.
De dieren aten radioactieve truffels, zo bleek uit onderzoek. Het wetenschapstijdschrift Science belicht waarom deze truffels radioactief zijn en hoe de Koude Oorlog en de kernramp Tsjernobyl ten grondslag liggen aan de radioactiviteit in deze wilde zwijnen.
Kernramp Tsjernobyl
In de eerste instantie werd de radioactiviteit uit de Beierse zwijnen afgeschoven op de kernramp die in 1986 plaats vond in Tsjernobyl. Ondanks dat de plaats van dit incident ongeveer 1300 kilometer van Beieren lag, leek dit de meest voor de hand liggende oorzaak. Door de jaren heen nam het niveau aan radioactiviteit in dieren af, behalve bij Beierse zwijnen. Inmiddels hebben de wetenschappers geconstateerd dat dit te wijten is aan het voedingspatroon van wilde zwijnen, die vooral in de wintermaanden volledig op truffels is gebaseerd.
Radioactiviteit nestelt dieper
De radioactiviteit die afkomstig is van de kernramp Tsjernobyl bedekt de grond als het ware met een laag aan radioactiviteit. Door middel van regenwater sijpelen de radioactieve deeltjes steeds dieper de grond in. Hierdoor hopen ze zich vervolgens op in de truffels. De zwijnen graven deze truffels vervolgens op, waardoor bij de consumptie de radioactieve deeltjes in hun lichaam blijven accumuleren.
Neerslag van atoombommen
Bin Feng, radio-ecoloog van de Leibniz Universiteit Hannover en de Technische Universiteit Wenen (TU Wien), trok in twijfel of de radioactiviteit in wilde zwijnen alleen door Tsjernobyl kwam. Hij vermoedde dat de zwijnen ook indirecte slachtoffers zouden kunnen zijn van nucleaire wapentests die hun hoogtepunt bereikten in de jaren zestig. Tijdens de Koude Oorlog zijn er meer dan 500 atoombommen in de lucht ontploft, waarbij nucleaire deeltjes in de atmosfeer zijn beland. Door de neerslag van regen zijn deze deeltjes in de bodem beland. Deze deeltjes zijn nu wijdverspreid in de bodem aanwezig, aldus Georg Steinhauser, een radiochemicus aan de TU Wien en medeauteur van de studie.
Gebrek aan aandacht
Het onderzoeksteam ontdekte dat de zwijnen radioactieve deeltjes bevatten, die zowel afkomstig zijn van de kernramp Tsjernobyl als de neerslag van de atoombommen. Een opvallende bevinding uit het onderzoek is dat alleen de neerslag van atoombommen al voor genoeg radioactiviteit zorgt dat de wilde zwijnen hierdoor onveilig zijn voor consumptie. De onderzoekers benadrukken een gebrek aan aandacht voor de milieu- en gezondheidseffecten van nucleaire wapentests tot nu toe. Dit onderzoek schetst een voorbeeld van hoe historische gebeurtenissen voor bodemvervuiling kunnen zorgen, die generaties blijft achtervolgen.