De tapasbar met de vrolijke naam Champanillo werd aangesproken door het CIVC, de belangenbehartiger van champagneproducten. Champanillo weigerde de naam te veranderen. Volgens de eigenaar van de tapasbar zou de bescherming van een BOB niet zó ver moeten gaan dat het ook tegen horecadiensten kan worden ingeroepen. Bovendien werd er geen druppel champagne geschonken in de tapasbar.
Het Hof van Justitie is het hier niet mee eens. Het klopt dat alleen producten in aanmerking komen voor een BOB. Maar als een BOB eenmaal is verleend aan een product, wordt deze BOB niet alleen beschermd tegen gebruik door andere producten, maar óók door gebruik voor diensten. De reputatie van de BOB wordt beschermd tegen uitbuiting, het maakt niet uit of die uitbuiting door een product of door een dienst gebeurt. Ook een horecadienst (de tapasbar) kan misbruik maken van de BOB ‘Champagne’.
Vergaande bescherming
Maar hier houdt de beschermingsomvang nog lang niet op! De reputatie van een BOB wordt namelijk niet alleen beschermd tegen misbruik door vergelijkbare producten of diensten. Welnee, een BOB kan zelfs optreden tegen niet-soortgelijke producten of diensten.
En dat is nog steeds niet alles. Ook is het niet nodig dat de benaming van de BOB (in dit geval Champagne) gedeeltelijk is opgenomen in de naam die inbreuk maakt (Champanillo). Er kan al sprake zijn van misbruik wanneer de BOB en de andere naam conceptueel dicht bij elkaar liggen. Anders gezegd: dat de namen begripsmatig min of meer hetzelfde zijn. Het gaat daarbij om het oordeel van de consument. Denkt de consument bij het zien van de andere naam aan het product van de BOB? Zo ja, dan wordt de BOB beschermd tegen dit gebruik. Zo niet, kunnen de namen naast elkaar bestaan.
Of Champanillo een voldoende verband met Champagne oproept bij de consument is nu aan de Spaanse rechter. Champanillo betekent ‘kleine champagne’ in het Spaans. Waarschijnlijk zal Champanillo wat meer water bij de wijn moeten doen…
Auteur: Ebba Hoogenraad, advocaat food law bij Hoogenraad & Haak, kennispartner van VMT
Illustratie: Larissa Sas